vodou

Ogou bears a thousand wounds,
Ogou of the drums,
Ogou of the dancing machetes.
Ogou heals a thousand wounds,
Ogou of the scars.

He cuts the straight path through the sugar cane.
He chops the image and the memory.
Ogou forges the iron knife for the birth,
so that the child comes,
even if the mother bleeds.

Papa Ogou opens up the body.
Papa Ogou knows the rhythm of blood,
of the heart.

The twelve tones strike upon the anvil
accompanied by sparks and voices.
The fiery glow lies round his neck like a mouswa.
No-one holds a hammer as my Papa does.

I put military insignia ready for him
and the blue and red of the soldiers.
His machete slices through the smoke.
The blade is cool upon my hand.

Papa Ogou lays his forehead against mine
and nothing in the world can stop me now

*Transl. Kevin Cook. Publ. in: Roots & More // The Journey of The Spirits, (Afrika Museum 2009), catalogus, p. 180 (ISBN 978-90-71611-18-6)

VODOU FANMI

In vodou moet je je ‘bloedlijn’ kunnen noemen, dus door wie je bent gewijd en door wie die ‘papa’ en ‘mama’ zijn gewijd. Hieronder vind je mijn bloedlijn; het is een asson-bloedlijn, dwz. in dit vodou-huis krijg je de asson, dat is de gewijde kalebas met kralen eromheen. De asson wordt steeds gegeven door de loa of de engelen/mysteriën, dus niet door de inwijders. Er zijn ook vodou-wijdingen en vodou-bloedlijnen zonder asson (met een tcha-tcha, een andersoortig ritme-instrument). Behalve een vader en moeder in vodou, heb ik een peetvader en een peetmoeder, en natuurlijk broers en zussen, dat zijn de kandidaten die gelijk met mij zijn gewijd. Een vodou-huis is een fanmi, een familie. Een inwijding heet een kanzo (‘vuurproef’).

Ik ging in augustus 2007 naar Haïti met manbo Marie Carmel naar de peristil of tempel van manbo Fifi, Sosyete Sipote Ki Di in Port-au-Prince, voor de kanzo of vodou-inwijding. Deze peristil vlakbij kalfou (kruispunt) en nabij presidentieel paleis en kerkhof, komt voor in diverse boeken over vodou. Tijdens de kanzo kreeg ik de asson van Papa Loko, en ik ben sindsdien manbo asogwe, met een nieuwe naam (de zgn. nom vayan), Fouye Racine Bon Manbo Da Ginen. De betekenis van fouye racine is ongeveer ‘[de manbo] die naar de essentie zoekt’, van fouiller en racines, ‘zoeken’ en ‘wortels’. ‘Manbo’, ook ‘mambo’, is een woord uit het Haïtiaans Kreyol, een van de twee talen van Haïti (de andere is Frans). Een priester is een houngan, een priesteres een manbo. Asogwe is de hoogste van de drie graden in Haïtiaanse vodou, dwz. 1e gr. De andere graden zijn hounsi kanzo (3e gr.) en houngan/manbo sou pwen (2e gr.) Er bestaat ook een basis-inwijding, de sevis-tèt of lave-tèt. Deze inwijding kan ook elders dan op Haïti worden gegeven en veel buitenlanders kiezen daar elk jaar voor zodat ze niet naar Haïti hoeven te reizen. Er is een verschil in ‘effect’ tussen de lave-tèt en de drie graden van de kanzo.

Mijn vader in vodou is de Amerikaanse houngan Timothy Landry. Houngan Tim, of Papa Tim, is ook gewijd in Ifa, in Nigeria, als Awo Fáladé Òsúntólá, en in vodún, in Benin.) Hij deed zelf kanzo bij manbo Marie Carmel, ook mijn mama in vodou. Manbo Marie Carmel deed kanzo bij manbo Jacqueline Anne-Marie Lubin, die zelf weer een dertigtal jaren eerder de asson ontving bij Felicia Louis-Romain, de beroemde Kintonmin-Bon Manbo Da Ginea van Bel-Air, een van de eerste manbo’s die in de asson-bloedlijn werd opgenomen in Port-au-Prince, Haïti, in de vroege jaren twintig van de twintigste eeuw.

Ik behoor tot het vodou-huis van mijn mama kanzo, de Société La Fraicheur Belle Fleur Guinea (Sosyete Lafrechè Belflè Ginen), en tot de familie van mijn papa kanzo, de Sosyete Carrefour Sacré. Mijn peetmoeder of marin is maman Enide en mijn peetvader of parin is papa Doudou, beiden van de peristil van manbo Fifi. (‘Papa’ en ‘mama’ zijn aanspreekvormen die van beleefdheid getuigen.) Mijn eigen vodou-huis is de Sosyete Lakansyel Ginen, dat betekent ‘congregatie de regenboog van het paradijs’. Lakansyel = l’arc-en-ciel = de regenboog. Ginen is het mythische land onder de zeespiegel waar de loa verblijven. De naam verwijst naar het land Guinea in West-Afrika en dat houdt weer verband met de slaventijd. Een Sosyete is een groep mensen die een congregatie vormen; het eigenlijke bouwwerk van een tempel heet een peristil. Die is er [nog] niet in Nederland; voorlopig is hier alleen de badji of altaarkamer in mijn huis.